Populus nigra 'Schoorldam'

Ontstaan
is in 1967 door 'De Dorschkamp' (nu Wageningen Environmental Research) te Wageningen geselecteerd uit zaailingen van een kruising met het ras 'Loenen' als moeder en 'Vereecken' als vader. Is sedert 1976 in de handel.
Morfologie
Het is in het binnenland een lange en slanke boom met regelmatige betakking in duidelijke kransen; in het kustgebied meer gedrongen doch ook daar relatief slank. De takken zijn lang en dun. Het blad loopt laat tot zeer laat uit, eind april tot midden mei. Het jonge blad is groen. Het ras vertoont op aan de wind blootgestelde groeiplaatsen in het kustgebied vergeleken met andere Europese zwarte populieren een vrij goede groei. Meer landinwaarts is zijn groeisnelheid voldoende, vergelijkbaar met die van 'Robusta'.
Belangrijkste toepassingen
Het ras wordt door winterstek vermeerderd en is, evenals vele andere rassen van Europese zwarte populier, windbestendig en daarom geschikt voor aanplant in het kustgebied. Wegens zijn gevoeligheid voor roest moet aanplant van dit ras worden afgeraden op plaatsen waar lariks in de omgeving voorkomt, zoals in Midden-Brabant. In het rivierengebied is aanplant van 'Schoorldam' in het algemeen verantwoord, tenzij lariks in de omgeving voorkomt. In verband met vruchtpluisvorming vanaf 8 10 jarige leeftijd wordt het afgeraden dit vrouwelijke ras in grote aantallen in of nabij woonwijken te planten.
Ziekten en plagen
weerstand tegen wind - goed; tegen alle roestfysio's - matig; tegen Marssonina - goed; tegen bacteriekanker - zeer goed.
Geslacht
vrouwelijk
Species
Populus nigra